In april 2017 opende Peter De Wilde, spelverdeler bij Toerisme Vlaanderen, de deur naar een nieuw toekomstspoor voor zijn organisatie en de sector. Hij lanceerde de vraag of en hoe van toerisme een transformerende kracht kan uitgaan voor reizigers, gastheren, lokale gemeenschappen en Vlaanderen.(*) Toerisme Vlaanderen zette het traject ‘Toerisme Transformeert’ in stelling. Via ontmoetingsmomenten, denksessies en een grootschalig luisteronderzoek trok de organisatie het beeld van de kracht en toekomstige potentie van toerisme ver open. Een jaar later zijn sommige antwoorden onderweg. Ja, toerisme kan mensen en plekken transformeren. Ja, om dat mogelijk te maken staat de sector voor transformerende tijden. En neen: die transformatie kan niet gestuurd worden door de overheid, hooguit gefaciliteerd. Zoals een boswachter geen bomen kan doen groeien, maar wel voorwaarden kan scheppen waarin de biodiversiteit in het bos het werk doet.
Griet Bouwen in het kader van Toerisme Transformeert
17 juli 2018. Voor de kopman van Toerisme Vlaanderen breekt de vakantieperiode bijna aan. Door de open ramen van het kantoor aan de Grasmarkt maakt de zomer duidelijk dat ze nog niet van plan is te wijken. De klank van een levendig autovrij Brussel hangt in de gangen van Toerisme Vlaanderen. De vakantiesfeer trekt ons naar buiten, de straat op. Zomers Brussel bakt en bruist. Toeristen bevolken het hart van de stad. We stranden in La Madeleine, een bruine kroeg waar we in het typische Frans met een Vlaamse slag onze koffie en trappist geserveerd krijgen. Het gesprek meandert van vragen naar verwondering, hoop en weer terug. Net als vorig jaar ontmoet ik weer deze boeiende mens die het aandurft niet-te-weten. Ik meen in zijn woorden en oogopslag te ontwaren dat dit lastige niet-weten hem vandaag een stuk comfortabeler zit dan toen. We praten over wat Peter De Wilde vandaag bezig houdt, en waarheen Toerisme Transformeert zijn ideeën tot nu toe bracht. Peter: ‘Toen we in mei 2017 de eerste stappen zetten in het traject Toerisme Transformeert, wisten we niet waar we naartoe zouden bewegen. Het is een avontuur, een ontdekkingsreis, ook voor ons als overheidsagentschap. Dat niet-weten en toch blijven onderzoeken is de crux, denk ik. We doen dat samen met collega’s uit de sector. In het afgelopen jaar stelden we onszelf vragen, ontdekten we verschillende manieren van kijken en kwamen we op het spoor wat er leeft. Gaandeweg beginnen we te zien wat we te doen hebben en waarvoor de samenleving op ons kan rekenen.
Nieuwsgierig onderzoeken in plaats van vasthouden wat is-zoals-het is
Het traject Toerisme Transformeert blijkt nogal wat bijval te krijgen in de sector. Bij de publieke aftrap in oktober 2017 kwamen 150 geïnteresseerden opdagen. In de daarop volgende denktanks tekent zich een groep van een zeventigtal mensen af die de mentale openheid tonen om niet te weten en samen te onderzoeken. Er is iets dat blijkbaar resoneert, al was – en blijft – het best spannend. Peter: Niemand zegt graag ‘ik weet het niet’. En de meeste mensen – ook in onze ploeg bij Toerisme Vlaanderen – voelen zich pas comfortabel als de dingen duidelijk en een beetje voorspelbaar zijn. De sessies met het minst strakke draaiboek zal ik me blijven herinneren als de sterkste momenten in het proces. Menselijk gedrag, en dus de toekomst, laat zich niet in draaiboeken vatten. De administrateur-generaal van Toerisme Vlaanderen ontdekt er wel een tendens in. Ik zie dat mensen – ook professionals in de sector – opnieuw meer aansluiting zoeken in groepen. Het zijn tekenen dat het super-individualisme over zijn hoogtepunt heen is. Ik noem het een ‘roedel’, een groep mensen die ervaren dat ze – tenminste tijdelijk en rond een bepaald thema – iets delen en afhankelijk zijn van elkaar. Tegelijk vraagt het moed om met anderen in zo’n zoekproces te stappen. Je legt je vragen op tafel, toont je praktijk, toetst je overtuigingen en bent bereid daaraan te sleutelen. En dat geldt ook voor mij en mijn team. In het denkproces rond Toerisme Transformeert moeten we blijven bereid zijn elkaar een spiegel voor te houden en open te staan om geraakt te worden door wat we daarin samen zien. De groep rond Toerisme Transformeert deelt het besef dat het nastreven van de status-quo niet langer aan de orde van de dag is. Peter: Verandering is de constante geworden. De kunst is om met die veranderingen om te durven gaan. Hij verwijst naar daarbij zichzelf, naar het team bij Toerisme Vlaanderen, naar de sector, de overheid en naar middenveldorganisaties. De transformatie is op veel maatschappelijke terreinen tegelijk bezig. Het blijkt dat we ons op zoveel vlakken tegelijk moeten heruitvinden. Wat mij daarin verrast, is hoe krachtig het is om in dat proces terug te keren naar je wortels en die een hedendaagse interpretatie te geven. In de rand van ons gesprek over toerisme legt Peter regelmatig een parallel met ‘zijn’ Davidsfonds – hij is er voorzitter – een lokaal verankerde middenveldorganisatie die bestaat op het speerpunt van cultuurbeleving en -educatie. Daar, en in de lokale heemkundige kring in zijn dorp Bazel (Kruibeke) zag Peter hoe er van het samen opnieuw verkennen van historische wortels een transformerende kracht uitgaat. Bij de heemkundige kring grepen we daardoor terug naar wat voor alle vrijwilligers belangrijk is: het dorp, ons erfgoed, de natuur, ons heem. Als je daar bovenop vrijwilligers kansen geeft om in de vereniging dingen te doen vanuit hun interesses, dan kan zo’n groep de slag naar de toekomst maken. Het komt erop aan talenten en visies van mensen te zien, te respecteren en hen kansen te geven zich van daaruit te engageren. Dat is voor mij lokaal actorschap.
Je plek kennen, en wat dat met toerisme te maken heeft
Terug naar toerisme. Wat kunnen deze verhalen over lokaal engagement vertellen aan de sector? Peter praat over de energie die ontstaat wanneer mensen hun plek, hun thuis kennen, begrijpen en waarderen. Daaruit groeit trots, zegt hij. Trots drijft mensen om hun plek te tonen aan gasten en een cultuur van gastvrijheid te ontwikkelen. Want waar je trots op bent, dat wil je graag delen met anderen. Met reizigers bijvoorbeeld, door hen voor de tijd dat ze op bezoek zijn hartelijk op te nemen in je lokale gemeenschap. Toerisme Vlaanderen deed onderzoek naar de impact van reizen op het leven van reizigers. De transformerende kracht van reizen blijkt in essentie vooral te liggen in de beleving van een plek (levensstijl, waarden, sociaal-politieke situatie, cultuur en natuur) en de ontmoeting met haar bewoners en lokale dienstverleners.(\*\*) Peter: Veel mensen ervaren een werkelijk geslaagde vakantie wanneer ze dingen meemaakten net omdàt ze zich opgenomen voelden in de lokale gemeenschap. De ervaring er tijdens hun verblijf bij te mogen horen, laat een diepe indruk na. En daar zou Vlaanderen sterk in kunnen worden, denkt hij. Kunnen worden, inderdaad. Want de gemiddelde Vlaming lijkt amper te beseffen dat onze plekken en cultuur best wel verrassende ervaringen voor reizigers kunnen opleveren. Peter verwijst naar een ander onderzoek. Daaruit bleek dat Vlamingen amper hun regio met liefde promoten in het buitenland. Peter: Vraag je een Vlaming naar een top-vakantie-ervaring, zal die zelden of nooit een verhaal vertellen over z’n eigen land. Dat is opvallend anders bij pakweg Duitsers, Nederlanders of Fransen. Uit dat onderzoek blijkt wat men noemt een negatieve promotor score voor Vlamingen over Vlaanderen. Vlamingen prijzen hun regio niet aan in contacten met mensen uit andere regio’s. Contact met reizigers kan daar verandering brengen. De verwondering van de vreemdeling helpt lokale bewoners met nieuwe ogen naar hun plek te kijken. Dat helpt op zijn beurt weer om de reiservaring van bezoekers te versterken. Of hoe bewustwording van de plek waar je bent geworteld tegelijk een geschenk kan worden voor mensen die er tijdelijk verblijven.
Liefde voor je plek ontdekken en delen
Dat proces begint lokaal, denkt Peter. Iedereen heeft een thuis, een ijkplek: een plek waar je genoeg positieve prikkels hebt gekregen opdat je je ermee verbindt. Koppel dat aan identiteit en verbondenheid met een plek en/of gemeenschap, en er ontstaat een positieve kracht. Daarom vind ik dat we aandacht moeten besteden aan het versterken van het lokaal weefsel. Door een oprechte erkenning van de lokale ondernemende krachten kunnen we het toerisme van de toekomst aanjagen, denk ik. Als inspirerend voorbeeld vernoemt Peter Sihame El Kaouakibi van Let’s Go Urban. Zij wil ondernemende jongeren verbinden met historisch creatief ondernemerschap in Antwerpen. ‘Haar idee om van het Jordaenshuis een uitvalsbasis te maken, inspireert hem. Als overheid kunnen we bewust nadenken over hoe we mensen met hun plekken kunnen helpen verbinden, en hoe we de positieve energie die dan ontstaat, kunnen aanboren. Dat gaat over liefde, merk ik op. Ja, beaamt Peter: de liefde die we ergens voor voelen – een plek, een belangrijke waarde, een droom voor de toekomst – levert een energie op die dingen mogelijk maakt en vooruit doet gaan. De plek, de thuis, je roots: het thema steekt meer dan eens de kop op in dit gesprek. Het houdt deze man opmerkelijk bezig. Hij vertelt over zijn reis door Vlaanderen als voorzitter van het Davidsfonds. ‘Ken je plek’, die boodschap gaf hij in zijn toespraken mee aan vrijwilligers en leden van plaatselijke afdelingen. Verken je wortels, herontdek de schoonheid, maak samen een ‘thuis’ en deel die – vanuit oprechte trots – met bezoekers. Hoog van de toren blazen hoeft niet. Dat zit niet in onze volksaard. Gastvrijheid daarentegen wél, en die kunnen we nog verder ontwikkelen. Peter lanceert in die lijn het idee van tijdelijk burgerschap. Het zou mooi zijn als reizigers in onze gemeenschappen worden ontvangen als burgers. Als je vertrekt van de vraag hoe je dat mogelijk maakt, ga je toerisme een stuk ruimer benaderen. Dan ga je bijvoorbeeld als lokale gemeenschap inspanningen doen om wat er plaatselijk bruist open te stellen voor reizigers. Dan wil je hen op kermissen, evenementen, samenkomsten en belevenissen écht verwelkomen en ontmoeten. Dan wil je dat lokale bewoners en bezoekers samen dingen kunnen beleven. In dat verband kunnen initiatieven als Den Antwerpenaar, een platform met wat er te doen en te beleven is voor Antwerpenaren, ook van betekenis worden in het toeristische landschap. Het is één voorbeeld van talloze nieuwe initiatieven die verwelkomd zullen worden wanneer de inzichten uit het traject Toerisme Transformeert tot nieuwe acties leiden.
Tijd voor de omslag: van denktank naar actielab
Zijn er dingen uit het denkproces die nu al wortel beginnen schieten in de praktijk, vraag ik. Ik zie Peter twijfelen, zijn woorden wikken en wegen. Jazeker, zegt hij. Er groeit van alles, maar die beweging is wellicht nog wat pril om namen en concrete projecten te noemen. De kiemen zijn te jong om nu al in het volle daglicht te zetten. Hij ziet lokale besturen die van hun stad of gemeente vinden dat het een aantrekkelijke plek is. Zij willen lokaal ondernemerschap bij de bewoners aanmoedigen en zich tegelijk afvragen: wat moeten wij nu net niet zelf doen? En hij ziet regio’s – sommige nog voorzichtig aftastend, andere met wat doortastender hun toeristische potentieel onderzoeken en vormgeven met bewoners, lokale ondernemers en het middenveld. Dicht bij eigen plek noemt Peter Bazel, het dorp waar hij thuis is. Hij ziet er schitterende initiatieven, zoals een jaarlijks feest waar bewoners samen het einde van de vakantie vieren. Intrigerende gedachte daarbij: Dat is bijzonder succesvol, zonder dat het door een of andere overheid gepusht wordt. Integendeel: de overheid trekt zich daar terug en zoekt manieren om te ondersteunen in plaats van het zelf te doen. Dingen als dit houden mijn denken aan de gang over de toekomstige rol van de overheid, waar wij als Toerisme Vlaanderen ook een instrument van zijn. In plaats van te sturen van bovenaf, komt het eropaan om te zien wat er bougeert op het veld, en te ontdekken hoe een overheidsagentschap als Toerisme Vlaanderen dat kan ondersteunen en versterken. Peter: We zijn niet per definitie op zoek naar een nieuw groot vlaggenschip. Een sterke vloot bestaat uit een diversiteit van vele schepen die elk hun zeilen zetten naar de wind die hen op eigen koers brengt. Peter hoopt in het komende jaar met verve zichtbaar te kunnen maken wat nu vanaf de sokkels wordt opgebouwd. Onze zoektocht blijkt intussen al wel op te vallen in het buitenland. Ik merk dat ik er met veel plezier en vaak over vertel op internationale ontmoetingen. En ik mag met trots zeggen: er leeft internationaal veel interesse en waardering voor het blijkbaar vrij unieke pad dat wij hier afleggen. Dichter bij huis, in de Vlaamse toeristische sector, staat meteen na de zomervakantie een belangrijk moment op de agenda. Gedurende een tweedaagse denktank zullen geëngageerde mensen samen de inzichten en toekomstsporen beschrijven die gedurende het traject aan de oppervlakte kwamen. Peter: Het komt er nu op aan dat schrijfproces te faciliteren in dezelfde geest als die welke het denkproces tot nu toe mogelijk maakte. Dat onze zoekende houding overeind blijft, en niet vervalt in een krachtenspel van belangen. Ook dat hoort wat mij betreft bij de transformerende beweging die we hebben ingezet.
Naar een nieuwe rol voor de overheid?
De administrateur-generaal van Toerisme Vlaanderen maakt er een punt van om het ontstane transformerende elan door te zetten. En dat betekent onder meer het proces blijven faciliteren, dienstbaar zijn aan wat nodig is en ruimte maken. Ruimte maken betekent soms ook: uit de weg gaan staan. Peter: Ik zie regelmatig ondernemende mensen met volle gedrevenheid werken om nieuwe ideeën van de grond te krijgen. Vaak sleuren zij de lasten van een over-regulerende overheid als een blok aan het been mee. Als je daar goed over nadenkt, versta je dat: regelgeving ontstaat vaak om de status quo te beschermen, en in een tijd van transformatie werkt dat wel eens contraproductief. Ik geef een voorbeeld. Vanochtend ontmoette ik de initiatiefnemer van Slow Cabins, verblijfsplekken in de natuur waar mensen kunnen stil worden en vertragen. Op zich een tof initiatief dat het verblijfstoerisme een tot nu toe ongeziene dimensie kan meegeven. Die man zou bijna de moed opgeven omwille van de complexiteit van regelgeving op Vlaams niveau, terwijl zijn initiatief een geschenk is voor het toerisme in Vlaanderen. Het is niet plezant om toe te geven, maar inderdaad: De Vlaamse overheid – waar wij deel van uitmaken – blinkt uit in regulitis. We hebben al veel regelgeving vereenvoudigd. Het Logiesdecreet is daar een voorbeeld van. Maar er kan nog veel werk verzet worden. Niet alleen in onze eigen sector, maar overal waar regelgeving elkaar kruist, soms tegenwerkt en initiatieven met een beloftevolle meerwaarde bemoeilijkt of totaal onmogelijk maakt. Partnerschappen opbouwen tussen burgers en overheid Minder en slimmere regels dus, en meer coaching en ondersteuning: dat is waar een overheid vandaag het verschil kan maken, aldus Peter De Wilde. Een top-down benadering van beleid maken is niet meer van deze tijd, vindt Peter. Er moet een bottom-up benadering bijkomen. En wij, medewerkers van een agentschap van de Vlaamse overheid, kunnen de wissel zijn waar die twee bewegingen en hun oprechte intenties elkaar vinden. Een overheidsagentschap als Toerisme Vlaanderen moet leren toegewijd luisteren naar wat de mensen willen realiseren en wat ze daarbij nodig hebben, aldus Peter De Wilde. Het is de uitdaging om als overheid weer aansluiting te vinden bij het publiek en hen de hand te reiken. Samen kunnen we het debat voeren over wat burgers van een overheid verwachten en waarop ze zich op eigen kracht willen organiseren. Voor ons, gespecialiseerd overheidsagentschap, zie ik als toekomstige fundamentele rol: inspireren, verbinden en faciliteren.
Naar een toerisme dat wortelt in de ziel van Vlaanderen
Wat de toekomst van toerisme – en bij uitbreiding de verblijfskwaliteit van onze lokale leefomgevingen – nodig heeft, is een aantrekkelijk toekomstbeeld volgens Peter. Een beeld waarin actieve burgers en initiatiefnemers in de sector zichzelf herkennen en zich mee kunnen verbinden. Dat zal volgens hem alleen maar lukken als dat nauw aansluit bij hoe mensen hun identiteit en hun hoop beleven. Wij, Vlamingen vinden het belangrijk ons verbonden te voelen met een thuis, een plek, een lokale gemeenschap. Wij vinden de kerktoren en het plein nog belangrijk. Want daar ligt het café, de parochiezaal of het buurthuis. Daar ontmoet de gemeenschap elkaar. Daar speelden zich verhalen af die zich als herinneringen in onze identiteit nestelden. Dat hebben we te respecteren en te versterken, zegt Peter. En dat zullen we niet waarmaken als we van bovenaf hippe ideeën droppen. Hij noemt de herbestemming van onze in toenemende mate leegstaande kerken als voorbeeld. Snelle herbestemmingen vanuit de wensdromen van enkele directe belanghebbenden is niet waar we moeten voor gaan, vind ik. Het is een pak duurzamer om met alle betrokkenen te zoeken hoe die plekken voor de lokale bevolking en bezoekers van betekenis kunnen zijn. Dan alleen kan de kerktoren zijn rol blijven vervullen, een rol die aansluit bij wat bewoners belangrijk vinden en waar hun identiteit en gevoel van plek en thuis mee verweven is. Peter: Voor de toekomst van het toerisme geldt hetzelfde. We hebben de naam Toerisme Transformeert trouwens niet zomaar gekozen. Transformatie zegt iets over het proces: iets komt in beweging, ondergaat daardoor veranderingen krijgt een nieuwe gedaante. Het is precies dat proces waar het ons nu om gaat, samen met iedereen die wil betrokken zijn. Die beweging is nieuw, en toch ook niet. Terugkijkend krijgen acties en vraagstukken van voorheen opnieuw betekenis. Peter: Als bedenkt wat ons de afgelopen jaren bij Toerisme Vlaanderen al bezighield, zie ik dat we al geruime tijd puzzelstukken aan het leggen zijn. Sinds we die zoektocht een naam en een traject hebben gegeven, hebben we nu ook de doos van de puzzel gevonden. Nu kunnen eindelijk zien wélke puzzel we precies aan het leggen zijn.
(*) Lees hier de oproep bij Peter de Wilde bij de aftrap van ‘Toerisme Transformeert’ in vier delen.
(**): Bron: rapport grootschalig luisteronderzoek ‘Op zoek naar de kracht van reizen’, Juli 2018, Toerisme Vlaanderen.